Feed-back geven en ontvangen

Interpersoonlijke vaardigheden versterken

Uitdaging en HRO-dimensies. Als je er naar streeft om zo goed mogelijk te presteren, is het van groot belang dat mensen voortdurend bezig zijn in kleine stappen met elkaar en van elkaar te leren. Effectief leren ontstaat indien je open en eerlijk met elkaar communiceert over problemen en uitdagingen van alledag en elkaar durft aan te spreken. De onderlinge samenwerking en daarmee de prestaties van een team of organisatie verbeteren als je elkaars gedrag bijstuurt en elkaar feedback geeft over gewenst en ongewenst gedrag. Hoe kun je open en eerlijk communiceren met elkaar? Durf je elkaar te zeggen waar het op staat en elkaar aan te spreken op afwijkend gedrag. Feedback en kritiek, mits constructief gebracht, vormen een belangrijke basis om collectieve alertheid te realiseren.

Samenvatting. Een collega wijzen op gedrag dat afwijkt van de afspraken en tot incidenten kan leiden doet men niet graag. Check maar eens bij jezelf hoe lastig het al is als je iemand wilt aanspreken op niet handsfree bellen tijdens het autorijden. Toch kun je dat leren. De regels voor feedback die we hieronder beschrijven, helpen je feedback te geven op een volwassen manier en zorgen er ook voor dat de ander de feedback ‘kan horen’. Zonder dat laatste heeft feedback geven weinig zin en leidt het eerder naar nog meer problemen.

Toelichting. Feedback heeft betrekking op iemands gedrag, houding, acties of prestaties. Het betreft het geven van commentaar met de intentie om wenselijk geacht gedrag te stimuleren (‘meer doen’) en onwenselijk gedrag bij te sturen (‘minder doen’). Feedback is erop gericht om de ander te beïnvloeden en kan dus alleen betrekking hebben op veranderbaar gedrag. Het gaat er daarbij niet om de ander te beoordelen of te bekritiseren, maar om een ander te leren hoe diens gedrag of houding overkomt en welke gevolgen dat gedrag voor de ander heeft. Dat kan dus uitdrukkelijk ook met positieve feedback. Voor veel mensen werkt dat zeer motiverend en zal ertoe leiden dat wenselijk geacht gedrag vaker getoond zal worden.

Belangrijke uitgangspunten zijn:

  • Wees eerlijk.
  • Baseer de informatie op observaties – kijk uit voor interpretaties..
  • Geef de informatie op een manier die werkelijk helpt.
  • Geef de informatie op een moment dat het gedrag nog recent is.
  • Bied de informatie aan, maar dring ze niet op.
  • Geef de ander de ruimte om te reageren.